WMO
In 2026 staat de gemeente Stein voor blijvende uitdagingen binnen de Wmo. De vraag naar ondersteuning groeit verder door de vergrijzing en de toenemende complexiteit van zorgvragen. Het gaat hierbij niet alleen om begeleiding van kwetsbare inwoners, maar ook om langdurige, intensieve zorg en meervoudige problematiek waarbij vaak meerdere ketenpartners betrokken zijn. Om hierop adequaat in te spelen, zet de gemeente onder andere het AVE-model en de Doorbraakmethode in. Deze aanpakken maken het mogelijk om maatwerkoplossingen te bieden met een betrouwbare en navolgbare onderbouwing. Ze dragen bij aan blijvende besparingen, voorkomen maatschappelijke escalaties en zorgen dat inwoners sneller de juiste ondersteuning ontvangen.
Tegelijkertijd zet de landelijke beweging richting het voorliggend veld de toon. Dit betekent dat de focus verschuift van zware, dure zorg naar preventieve maatregelen en vroegtijdige signalering in de wijk. Hierin speelt onder andere de wijkverpleegkundige een belangrijke rol. De gemeente Stein versterkt daarom de samenwerking met inwoners, mantelzorgers en partners in zorg en welzijn, met oog voor het benutten van de eigen kracht en netwerken van inwoners. Ook de samenwerking met zorgaanbieders, huisartsen en welzijnsorganisaties wordt verder geïntensiveerd, zodat signalen sneller worden opgepakt en ondersteuning dichter bij de leefwereld van inwoners wordt georganiseerd.
Een belangrijk aandachtspunt in 2026 is de houdbaarheid van de huishoudelijke hulp. Om deze voorziening duurzaam in te richten, wordt onderzocht hoe deze ondersteuning slimmer en toekomstbestendig kan worden georganiseerd, met oog voor betaalbaarheid én kwaliteit. Daarnaast onderzoekt de gemeente het principe van reablement: het trainen en ondersteunen van hulpbehoevenden om (weer) zoveel mogelijk zelfredzaam te worden. Dit helpt inwoners om hun zelfstandigheid te behouden en vermindert de druk op zwaardere vormen van ondersteuning.
Verder wordt gewerkt aan een snellere en efficiëntere toeleiding naar passende zorg voor inwoners met dementie, zodat zij tijdig de juiste ondersteuning krijgen en mantelzorgers beter worden ontlast.
Met deze inzet krijgen inwoners eerder passende ondersteuning, wordt zwaardere zorg zo veel mogelijk voorkomen en blijft de zorg toegankelijk binnen de beschikbare middelen. Zo werken we aan een toekomstbestendige Wmo, waarin preventie, maatwerk en betaalbaarheid hand in hand gaan, en waarin de balans tussen kwaliteit en financiële houdbaarheid nadrukkelijk wordt bewaakt.
Daarnaast bereidt de gemeente zich in 2026 voor op de invoering van een nieuwe systematiek voor de eigen bijdrage binnen de Wmo. De daadwerkelijke invoering wordt op landelijk niveau naar verwachting in 2027 gerealiseerd. Door in 2026 tijdig de voorbereidingen te treffen, kunnen we inwoners, aanbieders en partners zorgvuldig meenemen in deze verandering en de overgang zo soepel mogelijk laten verlopen.
Vanuit het gemeentefonds ontvangen we in 2026 extra middelen van € 128.000 om demografische effecten op te vangen. Dit bedrag plus een additionele € 50.000 is verdeeld en toegevoegd aan de onderdelen huishoudelijke hulp, begeleiding, dagbesteding en individueel vervoer.
